Whitley Z6826 te Zegelsem

Op 5 augustus 1941, om 22u07 verlieten de bommenwerpers van 77 Squadron hun basis Topcliffe met de opdracht Frankfurt te bombarderen. Daar ze om de ene of de andere reden het oorspronkelijk doel niet konden bestoken en werden de bommen gedropt op Koblenz, dat het alternatieve doelwit was.

Het is ondertussen 6 augustus geworde en de Armstrong Withworth Whitley Mark V Z6826 met call sign KN-J, die deel uitmaakt van de formatie is op de terugweg. De bemanning bestaat uit. P/O Douglas G Baber, piloot RAF, Sgt Albert Day 2de piloot RCAF,  P/O Ivan A Kayes, waarnemer RAF, Sgt W F Thuell, radio operator en mitrailleur RAF en Sgt M B C Delaney, staartschutter van de RCAF.

Rond 02u00 vliegt het toestel boven Meulebeke als het beschoten wordt door de Duitse Flak. De linker motor krijgt daarbij een voltreffer en moet worden stilgelegd, waarop de boordcommandant het bevel geeft om het toestel te verlaten. De bemanningsleden springen een voor een en geraken behouden op de begane grond.

Sgt Day, de tweede piloot vertelt zelf zijn wedervaren: "Ik kwam in de buurt van Lochristi, bij Gent aan de grond rond 2 uur. Ik begroef mijn parachute en begaf me naar Gent. Daar verborg ik me gedurende de dag in de stad en de volgende nacht marcheerde ik richting Deinze. Hoewel ik meerdere Duitsers in de stad voorbijliep, namen ze mij allemaal voor een Duitse soldaat aangezien ik nog steeds in vliegeruniform rondwaarde. 's Nachts ging ik naar Tielt. Ik had nog steeds niets gegeten sinds mijn landing en sprak een landbouwersknecht aan. Deze gaf me te eten wees me een schuilplaats aan, verschafte me kleding en bracht me later per fiets naar Pittem. Ik wandelde verder naar Lichtervelde, zo naar Torhout waar ik een uithangbordje bemerkte 'English spoken' ('Hier spreekt men Engels'). Ik ging binnen en sprak er de bazin aan, die me naar een achterkamer bracht. Daar kreeg ik eten en de raad richting Nederland te trekken. Ik besliste hoe dan ook naar Oostende te gaan. Te Leffinge stak ik de brug over een kanaal over (n.v.d.s. : Kanaal Nieuwe Passendale). Ik was reeds op de brug vooraleer ik zag dat de Duitsers papieren controleerden. Ik wandelde rechtdoor en was de enige die niet tegengehouden werd.

Op 15 augustus arriveerde ik in Oostende, maar ik kwam gauw tot de conclusie dat ik er geen boot zou vinden die me naar Engeland zou brengen. Ik hield een rijkswachter tegen, die me adviseerde terug landinwaarts te gaan."

Sgt Day zou helemaal op zijn stappen moeten terugkeren. Doorheen het strengbewaakte "Sperrgebiet" van de kust zou hij via Gistel, Brugge en Gent in Brussel aankomen. Daar ontmoette hij weerom de rijkswachter uit Oostende, die hem van al het nodige voorzag om de lange tocht naar Gibraltar te ondernemen. Day werd echter door een longontsteking geveld.

Tijdens de wintermaanden komt hij in voeling met mensen van de groep “Comète” van Dédée de Jongh. Samen met drie bemanningsleden van andere neergehaalde toestellen, vormt hij de vijfde groep die op 25 december 1941 over de Pyreneeën trekt en via Spanje en Gibraltar, terug in Engeland geraakt.

Sgt Thuell die boven Zingem sprong, kan dankzij een inwoner van de gemeente, een genaamde Moerman, een voorlopig onderdak vinden bij Sylvain Van De Velde die in Sint-Maria-Latem woont. Later wordt hij evenwel door de vijand gesnapt en naar Duitsland gevoerd. Sylvain Van De Velde wordt aangehouden, opgesloten, ter dood veroordeeld en tenslotte op 31 maart 1942 gefusilleerd. Een gedenkplaat werd op zijn woning te Sint-Maria-latem aangebracht.

Waar Delaney terechtkwamen is niet geweten maar feit is dat hij ergens onderdook. Hij werd inderdaad pas na 18 augustus door de Duitsers opgepakt op het ogenblik dat hij over de Hundelgemse steenweg liep. De Canadees brengt de rest van de oorlog door in het krijgsgevangenenkamp “Copernicus”.

Douglas Baber, de boordcommandant komt in de Beekmeers, tussen Meilegem en Beerlegem in een boom terecht. Hij geraakt uit zijn netelige toestand maar verzwicht daarbij zijn voet. Hij wacht tot het klaar wordt en sukkelt dan hinkend en steunend op een stok naar Meilegem waar hij de burgemeester René Colfmacker ontmoet die hem doorstuurt naar de Schelde. Aan het veer klopt de piloot aan bij François Rigaux aan wie hij zijn piloteninsigne toont. Bader wordt verzorgd en na zeventien dagen wordt hij door zoon Basile Rigaux, die in een appartement woont in de hoofdstad, samen met P/O Kayes (?) meegenomen naar Brussel. Ze worden echter verraden door een persoon die bij François Rigaux inwoont en zich uitgeeft voor een vriend van de Engelse piloten maar in feite een Duitse collaborateur is. Baber en Kayes worden gearresteerd, en worden na ondervraging naar een krijgsgevangenenkamp in Duitsland overgebracht (respectievelijk naar Sagan & Balaria).

In oktober 1941 worden zeven leden van de familie Rigaux aangehouden (vijf zonen, een dochter en een schoondochter). Op 24 oktober wordt ook de 76-jarige vader Rigaux  overgebracht naar de gevangenis van Sint-Gillis. Vijf familieleden worden later naar huis gestuurd maar op 28 juli 1942 worden vader Rigaux, zijn zoon Abdon en zijn dochter Bea naar Duitsland overgebracht. De oude man kan de onmenselijke behandelingen in het concentratiekamp niet aan en uitgemergeld door de ontberingen en het hem aangedane morele leed, sterft op 26 juli 1943 in het kamp van Esterwegen. Zijn stoffelijk overschot wordt begraven te Esterwegen-Papenburg. Bea en Abdon keerden respectievelijk in mei en juni 1945 terug uit Duitsland.

Wat het vliegtuig betreft, dat landde mooi op het grondgebied van Zegelsem, in een weiland langsheen de baan Oudenaarde-Nederbrakel, dicht bij de grens met Sint-Kornelis-Horebeke. Werd het daar neergezet door een der bemanningsleden die een gedeeltelijke pilotenvorming genoot vooraleer hij voor andere specialiteit werd aangeduid, of kwam het zonder hulp aan de grond ? Het blijft een mysterie.

Douglas Baber schreef in 1952 zijn belevenissen neer in het boek “Where Eagles Gather” dat ook in het Nederlands verscheen onder de titel “Waar Arenden Samenkomen”.

 

 

Datum: 
06/08/1941
Serienr. / Rompcode: 
Organisaties: 
Locatie
Oudenaardsestraat
Zegelsem
be
Type Locatie: 
Incident
Bronnen: 
Lecomte Georges; Luchtvaart boven het arrondissement Oudenaarde (manuscript)
De Decker Cynrik & Roba Jean-Louis: RAF-bommenwerpers boven België, De Krijger, Erembodegem, 1992