Kapitein-vlieger (Flight Lieutenant RAF) Eugène Seghers (°7 april 1910 Ledeberg) was met zijn omvangrijke lichaam een atypische jachtpiloot. Reeds tijdens zijn opleiding kreeg hij de bijnaam ‘Strop’. Ook hij vloog al lang voor de oorlog in de het Militair Vliegwezen. Hij had zijn vleugels behaald in 1931 en op 10 mei vloog hij in het 6/III/2 op Fairey Fox. Na de terugtrekking van zijn eenheid naar Frankrijk ging hij aan boord van de S.S. Apapa die op 7 juli van dat jaar aanmeerde.

F/O Geoffrey  Bond zette de achtervolging in op een Focke Wulf.  Zijn Spitfire MB841 stortte neer ten zuiden van Veurne, Bond rust nu op Koksijde. De man die hiervoor verantwoordelijk was, heette Hauptmann Karl Borris van de Stab I./JG 26, die om 12.52 uur ten oosten van Veurne een Spit neerhaalde.

Kapitein-vlieger (Flying Officer RAF) Raymond Dehasse (°15 mei 1911 Jumet) werd vermist na een luchtgevecht met een Focke-Wulf 190 van het 5/JG 26 boven de Noordzee voor Dungeness. Hij vloog met een Supermarine Spitfire Mk Vb (W3425) van 91 Squadron. Voorheen diende hij ook in 350 Squadron. Dehasse was afgetudeerd aan de Koninklijke Militaire School in 1933 en werd luitenant-vlieger in het 2^e Regiment Artillerie. Hij volgde de opleiding tot waarnemer en piloot en ging over naar het Vliegwezen in 1937.

Op 8 februari 1942 start F/Lt John Fletcher van het 91 Sqdn vanop Hawkinge voor een weersverkenning boven Oostende. Terzelfdertijd zou hij ook het scheepvaartverkeer voor de havenstad in het oog houden. Blijkbaar kon hij niet weerstaan aan de vier Duitse jagers die langsheen de piste van Raverszijde gestationeerd waren. Tijdens de beschieting ervan met zijn boordwapens wordt hij om 13u20 aan boord van zijn Spitfire DL-V (W3132) neergehaald. Er zouden vier toestellen opstijgen om hem te zoeken, echter zonder resultaat. Hij ligt begraven te Middelkerke.

In de Maldegemse Bogaerdestraat verdween tijdens de oorlog een wrak aan een walletje in de modder, en voor vele jaren uit de herinneringen van de omwonenden.

Boudewijn De Schepper, die later schepen zou worden in de gemeente, hoorde het verhaal van zijn vader, en samen met Frank Raeman en Fernand Elias besloot hij in april 1996 het mysterie op de lossen. Een onderzoek met een metaaldetector door ondermeer BAHA-lid Erwin Vanden Broecke bevestigde het verhaal : hier zat nog een vliegtuig in de grond.