De Kommando Stab Belgien/Nordfrankreich signaleerde om 2u. het neerstorten van een Stirling bij Leuven. Dit was de dertiende overwinning van de inmiddels bekende nachtjachtaas, Lt Wolfgang Schnaufer van de Stab II./NJG 1. Hij vloog die nacht met Lt  Baro. Zijn slachtoffer was de Stirling BK712 ‘HA-D’ van 218 Sqn. De Bf 110 van Schnaufer cirkelde die nacht rond het radarstation ‘Meise’, waarvan de bunkers en antennes te Werchter-Tremelo stonden. Schnaufer werd via de radio geleid naar een toestel dat vanuit het westen kwam en de sector penetreerde. De Stirlingbemanning had Schnaufer echter opgemerkt en begon een slingerbeweging. Schnaufer wist hoedanook meerdere rake treffers te plaatsen in de romp en de vleugels. De bommenwerper ging over in een duikvlucht om bij Langdorp te pletter te storten. Het toestel was helemaal uit elkaar geslagen. Personeelsleden van het radarstation “Meise”, die bijdroegen tot het neerschieten van de Stirling en op een plan hadden uitgetekend waar de Stirling gevallen was, rapporteerden:

“Het wrak ligt 3 km ten NO van Aarschot, kaartgedeelte NK 31 b. Het aantal vijandelijke bemanningsleden bedraagt 7, die allemaal dood in de wrakstukken van de machine liggen. Door de ontstane brand is de Short Stirling volledig vernield, de stabilisatievlakken en de staartkoepel liggen ongeveer 1500 m van het wrak verwijderd.”.

De crash is vandaag te situeren op de hoek van  de huidige Grote Meur en de Wijtestraat te Langdorp. In 1943 was het een korenveld. Naar we aannemen stelde de bezetter het aantal gesneuvelde op zeven, aangezien de Stirling doorgaans dit aantal bemanningsleden met zich mee voerde. Het waren de 24-jarige Australische piloot, P/O William Shillinglaw, die een bemanning vormde met Sgt Patrick D. McArdle, de navigator, 23 jaar; Sgt Thomas R. Lunn, bommenrichter, 27 jaar; Sgt Raymond P. Goward, boordmeccano, 30 jaar; F/Sgt Douglas J. Ashby-Peckham RNZAF, radiotelegrafist, 20 jaar; Sgt Arthur E. Gurney, rugkoepelschutter; en Sgt Edgar D. Hart, staartkoepelschutter, 20 jaar.

Het achtste bemanningslid was een Deen, F/O Arne R. Helvard. Hoewel hij vannacht zijn eerste operatie vloog als copiloot van Shillinglaw, had de Deen reeds een uitermate bewogen oorlogsverleden achter de rug. Voor het uitbreken van de vijandelijkheden was hij officier-vlieger bij de Deense luchtstrijdkrachten. Toen een Duits patrouilleschip in Deense wateren tegen een Duitse (!) mijn aanliep, wist Flyverlojtnant Helvard met zijn watervliegtuig in barslecht weer vier overlevenden van de Kriegsmarine op te pikken. Voor dit feit kreeg hij diverse onderscheidingen, waaronder één Duitse...

Na de inval van de Duitsers werd Helvard gedemobiliseerd. Toen in 1942 een Deense agent die vanuit Groot-Brittannië gedropt was boven Denemarken, bij hem aanklopte, besloot hij samen te werken om zoveel mogelijk inlichtingen te verwerven over de radarinstallaties langsheen de Deense kust. Het duo besloot Denemarken te verlaten en via Zweden naar Groot-Brittannië te gaan. Na zowat een jaar training in de RAF mocht Arne Helvard zijn eerste oorlogsvlucht meemaken.

Hij en Shillinglaws bemanning werden aan de kerk van Langdorp ter aarde besteld onder massale belangstelling. De herinnering aan de achtkoppige bemanning wordt sinds het einde van de oorlog in ere gehouden met een jaarlijkse plechtigheid. Op 18 juni 1993 werd een gedenksteen onthuld op de plaats waar de Stirling neerstortte.