Spitfire bij Maldegem (Bogaardestraat)

In de Maldegemse Bogaerdestraat verdween tijdens de oorlog een wrak aan een walletje in de modder, en voor vele jaren uit de herinneringen van de omwonenden.

Boudewijn De Schepper, die later schepen zou worden in de gemeente, hoorde het verhaal van zijn vader, en samen met Frank Raeman en Fernand Elias besloot hij in april 1996 het mysterie op de lossen. Een onderzoek met een metaaldetector door ondermeer BAHA-lid Erwin Vanden Broecke bevestigde het verhaal : hier zat nog een vliegtuig in de grond.

Daags nadien werd besloten te graven. Algauw kwamen wrakstukken boven, maar tot de ontzetting van de bergers, ook het lichaam van een piloot, met zijn laarzen nog vastgekluisterd aan het voetenstuur. Ook enkele persoonlijke bezittingen kwamen boven : zijn polshorloge, een sigarettenaansteker ... Op een diepte van vier meter werd ook de motor gevonden. Het werd duidelijk dat het hier ging over een Spitfire. Maar wie was de piloot ?

Even werd gedacht aan de Belg Michel de Hepcée. Maar de uniformstukken die nog erg herkenbaar waren, wezen in de richting van een man met de rang van Squadron Leader.

Het duurde niet lang vooraleer er vanuit het Verenigd Koninkrijk belangstelling kwam voor deze zaak. Het team haalde er de nationale en internationel pers mee. Intussen werd ijverig gezocht naar de identiteit van de onfortuinlijke piloot – een onderzoek dat vier maanden zou duren, en voor een verrassend resultaat zorgde.

De man in kwestie heette voluit George St Clair Boyd Reid, een 27-jarige Canadees die reeds voor de oorlog in de Royal Air Force vloog. Op 28 oktober 1944 was hij een van de dertien piloten van 91 Squadron die om 14.40 uur van Biggin Hill opstegen om Lancasters en Halifaxes te escorteren. De Spits zagen geen vijandelijke jachtvliegtuigen. Op de terugweg klom het squadron in de wolken – daarna zouden ze nog enkele weerstandsnesten beschieten bij Duinkerken, dat nog in Duitse handen was. Maar van George St Clair Reid geen spoor meer.

Hoewel. Na de oorlog werden bij de kustgemeente Slijpe de stoffelijke resten begraven van een piloot die geïdentificeerd werd als Squadron Leader Reid. Nu men haast een halve eeuw later in Maldegem het lichaam gevonden had dat onomstotelijk als dat van Reid erkend moest worden, zat men in Slijpe met een probleem. Er wordt gesuggereerd dat men na de oorlog toch nog gegraven zou hebben in Maldegem, fragmenten van het lichaam gevonden heeft, en deze om een of andere onverklaarbare reden in Slijpe begroef. Het is onze overtuiging echter dat hier waarschijnlijk een persoonsverwisseling gebeurd is, of een te vlugge identificatie van een vliegenier die bij Slijpe neergestort is.

Het lichaam van Maldegem werd uiteindelijk onder zijn ware naam in 1996 plechtig ter aarde besteld op de Canadese begraafplaats te Adegem. De imposante Merlin-motor, alsook tal van andere artefacten, staan tentoongesteld in het Canadamuseum.

Datum: 
28/10/1944
Organisaties: 
Locatie
Bogaardestraat
Maldegem
be
Type Locatie: 
Incident
Bronnen: 
De Decker Cynrik: Vleugels boven het Meetjesland, De Eecloonaer, Eeklo, 2008