Op 31 mei 1944 werden maar liefst 1029 bommenwerpers en 682 jagers ingezet om doelwitten allerhande te bestoken op Belgisch, Frans en Nederlands grondgebied. Ook de Mustangs van de 4th Fighter Group vlogen via Walcheren het continent binnen. Om een ons onbekende reden verlieten twee toestellen van het 335 Fighter Squadron omstreeks 10 u. de Group om zuidwaarts terug naar Engeland te vliegen. Mogelijks had één van beide problemen en werd hij begeleid door een makker. De twee piloten, 1st Lt Robert H. Homuth en Captain Carroll B. McElroy kwamen boven Geraardsbergen in een onweer terecht. Regen, donderslagen en bliksemschichten geselden de heuvels rond de Oudenbergstad.

Wat die momenten gebeurde zullen we nooit te weten komen. Volgens sommigen werd hun toestel getroffen door de bliksem, maar we mogen er haast zeker van zijn dat de twee Mustangs met elkaar in botsing kwamen en stuurloos naar beneden doken.

Captain Carroll McElroy's Mustang boorde zich in de grond te Zandbergen. Hij kon springen en werd krijgsgevangen genomen

Ook de piloot van de tweede Mustang, 1st Lt Robert H. Homuth, kon naar we veronderstellen zijn getroffen jachtvliegtuig verlaten. Jammerlijk genoeg ging zijn valscherm niet of te laat open. Men vond zijn levenloze lichaam niet ver van de Edingse steenweg te Onkerzele. Twee Duitse soldaten groetten het lijk van de piloot uit Illinois vooraleer het naar de Geraardsbergse begraafplaats te brengen. 1st Lt Homuth kreeg er een tijdelijk rustplaats naast de graven van de gesneuvelde RAF-vliegeniers. Na de oorlog werden zijn stoffelijke resten overgebracht naar Neuville-en-Condroz.