In de vroege ochtend van 27 oktober stijgen acht Hurricanes  IIB van het 615 Sqdn op van Manston voor een Rhubarb op de watervliegtuigen die in de Oostendse dokken 'voor anker' liggen.  De formatie bestaat uit een bont allegaartje van bekende en kleurrijke jachtpiloten. Boven Bredene zouden ze een enorme ravage aanrichten.

Een van de Hurricanes wordt bestuurd door F/O Claude Strickland, een piloot waarvan zijn collega's nog steeds niet begrepen hoe hij jachtpiloot geworden was. Met zijn 30 jaar was hij niet meer bij de jongste en bovendien droeg hij contactlenzen. Voor de oorlog was hij effectenmakelaar, beklom hij het Zuid-Amerikaanse Andesgebergte en Claude Strickland was met al zijn sterke verhalen een graaggeziene gast in de Britse 'high society'. In 1934 huwde hij Rose Bligh, de dochter van de Hertog van Darnley, maar het huwelijk liep in 1941 op de klippen.

De Zuid-Afrikaanse Flt Lt Petrus Hugo, die de oorlog zou eindigen met 22 overwinningen, duikt naar de chemiefabriek U.C.B. bij Zandvoorde. Hij mikt met zijn kanonnen op een gazometer die meteen in brand vliegt. P/O McCormack beschiet een metaalverwerkend bedrijf.

Vervolgens nemen de piloten enkele He 59 watervliegtuigen onder handen. De piloten beweren na hun landing twee He 59 vernield te hebben. Toch zou de Luftwaffe er slechts één verliezen. Een Duitse piloot en de soldaat raken zwaar gewond. Tijdens dezelfde aanval word de Hurricane van F/O Ford getroffen.  Tijdens Hugo's aanval beschiet een andere bekende piloot, de Franse F/O René Mouchotte, twee mitrailleursnesten. Zijn dagboek, dat posthuum in 1949 gepubliceerd werd, beschrijft hoe hij de aanval beleefde :

"We zijn omgeven met een gordijn van Flaksplinters. Het is een mirakel dat we niet in een luchtbotsing geraakt zijn. Twee watervliegtuigen branden."  

De Oostendse ooggetuige Rudolf Weise herinnerde zich:

“Ik sta in het bureel van onze schooldirecteur, de heer M. Savonie, voor het ontvangen van een beloning wanneer de aanval begint en men plots hevig begint te schieten. Een paar vrouwen stormen gillend het schoolgebouw binnen: 'De Engelsen vallen het watervliegplein aan!'. Er is een hels lawaai van afweergeschut en laag vliegende, mitraillerende vliegtuigen. Twee, op de Spuikom afgemeerde, Heinkel He59 vliegtuigen gaan na beschieting gedeeltelijk in vlammen op. Een vliegtuig dat op de dijkhelling getrokken is voor nazicht wordt in flarden geschoten. Een ander in een loods wordt samen met zijn behuizing doorzeefd. Even snel als ze gekomen zijn, zijn ze weer weg. Ik loop vlug tot tegen de Spuikomdijk naast de school. Er is vuurwerk te zien. Vuurpijlen uit de brandende watervliegtuigen vliegen overal in het rond. Op een deel van de Nukkerwijk en te Bredene aan Zee zijn de daken, vensters en deuren van tientallen huizen doorschoten.”

Op de watervliegtuigbasis sneuvelde August Helzer Flieger (° 1-10-1905). Een schildwacht raakte zwaar gekwetst. Op de Blankenbergse tram sneuvelden de matroos Kurt Marzi, (° 11-12-1923) en Frits Witt (°  1-4-1922), Gefreiter.  Ze behoren beiden tot de Ig Vorpostenbootflottille  met standplaats te Oostende. Zes andere matrozen raakten gekwetst. In de sperzone werden vier arbeiders zwaar- en twee arbeiders licht gewond.

Intussen, rond 9u15, duikt Mouchottes strijdmakker F/O Claude Strickland naar de Hippodroom waar hij een tram en een station met zijn boordwapens bewerkt. Een matroos van de Kriegsmarine sterft onder de kogels, terwijl zeven andere matrozen en een burger gewond raken. Maar intussen hebben de soldaten van het 3./MG Btl hun machinegeweren vanop de 'Flakberg' (boerderij Minne bij de Blauwe Sluis) in stelling gebracht en ze geven Stricklands Hurricane de volle laag. Tweehonderd meter van hen vandaan vat de Hurricane Z3826 vuur. De jager hangt te laag en slaag te pletter bij Maria-Duinen.

Mouchotte zal later schrijven : "We waren met acht vertrokken, maar keren met zes terug. Een van ons (F/O Ford n.v.d.s.) heeft een lek in een glycolleiding. We trachten hem van zo dicht mogelijk te escorteren. Hij wilt met zijn parachute springen. De zee onder ons is erg onrustig. Het is ontzettend koud. Arme duivel ! We bevinden ons boven volle zee en de elke minuut telt. De rook wordt dikker. Ik bekijk de grote gaten in zijn vleugels. Hij stikt, opent de cockpit, en tracht boven uit de rook te kijken."

De granaten van Oostende hadden enkele splinters in Fords benen, elleboog en zitvlak gejaagd. Zijn remkleppen noch landingsgestel werken nog, maar de piloot weet zijn Hurricane in een kraaklanding op Britse bodem te zetten. Ford wordt uit het wrak gelicht en naar het hospitaal van Margate gebracht.

Twee piloten, Sgt Potts en Claude Strickland keren die dag niet naar Manston terug. 

Raymond Pollet, een lid van de Passieve Luchtbescherming vindt die ochtend Claude Strickland naast het wrak aan de voet van de duinen. De ongelukkige piloot draagt nog z'n blauwe uniform, maar de vlieglaarzen zijn intussen verdwenen.

Diezelfde ochtend stuurt het squadron een paar vliegtuigen uit om de twee vermiste piloten in het zeewater op te sporen. De zoekactie blijft zonder resultaat.

Het verlies van zijn twee strijdmakkers kwam bij René Mouchotte blijkbaar hard aan : "De kleine Sgt Potts ontbreekt en ook Claude Strickland, mijn beste Engelse vriend, is niet weergekeerd. Ik verlies een goede makker. Sinds dertien maanden waren we samen. Er zijn er die zeggen dat er nog steeds hoop voor hem is. Ik niet.

Wat ik in hem bewonderde was zijn moed. Voor elke missie was hij erg zenuwachtig. Hij dacht lang en diep na over het gevaar dat hem te wachten stond... Hij had niet erg veel vertrouwen in zijn eigen vliegkwaliteiten om er levend uit te geraken. Ik hield van Claude, omdat hij ondanks deze handicap (die hij voor iedereen verborgen wist te houden) steeds op de lijst van vrijwilligers stond om een of andere gevaarlijke missie op te knappen. Omdat hij zo'n erg gevoelig persoon was, moest hij steeds tegen zichzelf vechten om zijn taak uit te voeren, in de hoop er zonder kleerscheuren vanaf te komen..."

Claude Strickland ligt nog steeds begraven in Bredene. Sgt Potts (Hurricane Z3464) spoelde uiteindelijk aan bij Vlissingen.