De Duitse formatie die richting Sint-Denijs-Westrem vloog, werd onderschept door Poolse Spitfires van 318 Squadron. Flight Lieutenant Roman Hrycak en Warrant Officer Zenobiusz Wdowczynski, die als laatste vloog omdat zijn toestel motorproblemen had, namen boven Desteldonk een Duitser onder vuur die op een 1000 meter hoogte vloog. Een halve eeuw later vonden we  de crashplaats, in de Achterlindestraat, achter de hoeve nr. 106. Het verhaal van de omwonenden was weer eens gruwelijk. De BMW 801 motor rolde over de bevroren grond, sloeg doorheen de schuur en tuimelde uiteindelijk in een gracht aan de Lindenstraat.

De stukken van het vliegtuig lagen in het rond verspreid, evenals de stoffelijke resten van de piloot – zijn tanden lagen op het ijs. De bewoners kregen opdracht het lichaam te bergen. "We hebben die vliegenier bijeen geraapt, in een zak gestopt en op een melkkar geladen. Terwijl we naar het dodenhuisje van Lochristi reden, ging de lederen zak weer open. Ik durfde nauwelijks om te kijken; zoiets vergeet je niet...".

Naar alle waarschijnlijkheid was de ongelukkige Unteroffizier Erich Wenniges van de 5.Staffel die eerst te Lochristi begraven werd.

Maar toen Wdowczynski op zijn beurt aangevallen werd, begaf zijn motor het en werd hij genoodzaakt een noodlanding te maken