B-17 bij Sijsele

Het was omstreeks 10.40 uur dat de Amerikaanse formatie, met als doelwit, Sölngen, de Britse kust kruiste. Vanuit hun radarbunkers langsheen de kustlijn hield de Luftwaffe de indringers in het oog, en werden de Jagdgeschwadern opgeroepen.

Twintig minuten na het kruisen van de kust, ging het al flink fout aan boord van de B-17F “Little America” (serienummer 42-30033). Het was het toestel dat de formatie van de 384 Bomb Group leidde. Aan boord zat niemand minder dan de bevelhebber van het 546 Bomb Squadron, Major Maurice Dillingham. En onderaan, in de weinig benijdenswaardige positie van de buikkoepelschutter, zat Staff Sergeant Claude Leslie, 24-jaar : “Een van de propellors begon als gek te draaien. Tien minuten later verlieten we de formatie, vroegen bijstand van jachtvliegtuigen en keerden terug op drie motoren. Maar tien minuten voor de kust gaf motor nummer drie het ook op. We hadden twee Thunderbolts aan onze wingtips – een ervan had Minnie Mouse op de koeling afgebeeld. Maar toen richtte de piloot de neus van ons vliegtuig weer naar het zuiden en hij gebood ons klaar te houden om te springen. De rechter-zijluikschutter ging eerst, dan de linker en dan was het mijn beurt. We vlogen op dat moment op 20 000 voet, en ik besloot een vrije val te maken, en zo laag mogelijk het valscherm te openen, op 5000 voet. Tijdens die vrije val telde ik twee valschermen.

Ik dreef af in de richting van een grote stad, maar stuurde bij naar een veld in de buurt.”

Mogelijks wa die grote stad Veurne. Bij Leisele ging de B-17F  van de 384 Bomb Group ten onder, . Iedereen kon op tijd de machine verlaten, negen bemanningsleden werden krijgsgevangen genomen : 1st Lt Edmund Goulder (piloot),  Major Maurice Dillingham (copiloot), 1st Lt William Boyce (staartschutter – normaal gezien was hij de copiloot maar hij moest zich op die vlucht door de aanwezigheid van de squadron leader achteraan in de staart tevreden stellen), 1st Lt Arthur Harris (navigator), 1st Lt William Boomhower, T/Sgt Edward Thomasson (boordtechnicus), S/Sgt Paul Saunders en S/Sgt Michael Vodilko (de twee zijluikschutters) enT/Sgt William Sears (radiotelegrafist).

S/Sgt Claude Leslie kende meer geluk : “Het moment dat ik landde wachtten een dertigtal mensen me op.  Nadat ik mijn parachute en bijhorende harnas met mijn voeten in een gracht  weggeduwd had, vroeg ik, in het Duits, of iemand Engels sprak. Ze waren stomverbaasd te horen dat ik Duits sprak omdat ze meenden dat ik een Amerikaan was. Pas nadat ik hen overtuigd had dat ik wel degelijk een Amerikaan ben, vroeg ik de massa uit elkaar te gaan voor de Duitsers zouden aankomen. Ik rende naar een boerderij, vierhonderd meter verderop. Achter me hoorde ik schoten. Een van die Belgen had mijn valscherm weer uit de sloot gehaald en spreidde die open op het veld. De Duitsers waren gearriveerd en vuurden in de menigte, waarna iedereen uit elkaar stoof. Dat kwam mij goed uit, want nu zat iedereen overal.

Ik kroop in een schuur, trok hooi over me heen en viel doodmoe in slaap. Kort nadien werd ik wakker door een Duitse soldaat die de schuur uitkamde. Ik hield me stil, en hij ging weg.”

Uiteindelijk kwam Leslie in de grensstreek rond Leisele terecht, om zo via Poperinge met andere vliegeniers die die dag neergehaald werden, in Brussel opgenomen te worden in de EVA-lijn. Het feit dat Leslie met zijn kennis van de Duitse taal uitpakte, zou voor heel wat kopbrekens zorgen, want in Brussel was men overtuigd dat men met een infiltrant te maken had. Toch wist hij het vertrouwen te behouden en werd hij op een ontsnappingslijn naar Spanje gezet.

Datum: 
01/12/1943
Serienr. / Rompcode: 
Organisaties: 
Locatie

Sijsele
be
Type Locatie: 
Incident
Bronnen: 
De Decker Cynrik; The Pick-Up Crew (manuscript)